Escher staat in een lange traditie van kunstenaars die gefascineerd waren door perspectief en gezichtsbedrog.
Dit jaar is het 125 jaar geleden dat de kunstenaar Maurits Cornelis Escher (1898-1972) werd geboren. Met de grootste museale Eschercollectie ter wereld vormt Den Haag het centrum van dit bijzondere jubileumjaar. Ter ere van het Escher-jaar toont Museum Bredius Gezichtsbedrog Lang Voor Escher. In deze mini expositie belichten de zeventiende-eeuwse schilderijen verschillende vormen van gezichtsbedrog, waaronder een anamorfose en verschillende trompe l’oeils. Het topstuk van de expositie is de uiterst zeldzame perspectiefkast. Er zijn er maar 6 van op de wereld, en er is er maar één in Nederland. Dat is die van Museum Bredius.
Toegang tot de expositie is gratis in combinatie met een ticket van Escher in het Paleis. De expositie loopt tot 31 september 2023.
Museum Bredius
Toen Abraham Bredius ruim negentig jaar oud in 1946 overleed, liet hij de gemeente Den Haag zijn hele collectie van meer dan 200 schilderijen na. Bij zijn vertrek naar Monaco in 1924 had hij zijn grote huis op de Prinsengracht 6 in Den Haag al tot museum gemaakt. Tot 1985 was daar zijn verzameling schilderijen, tekeningen, antieke meubelen, zilver, kristal en porselein voor iedereen te bezichtigen. Na de sluiting van het museum ging de collectie in depot, maar op initiatief van een aantal Haagse kunstliefhebbers en met steun van sponsoren kon in 1990 Museum Bredius, nu aan de Lange Vijverberg 14, opnieuw zijn deuren openen.
‘Rembrandt ontdekt in Museum Bredius’
3 november 2022 t/m 15 januari 2023
In de collectie van Museum Bredius in Den Haag bevindt zich een olieverfschets met De oprichting van Jezus aan het kruis, die van Rembrandt blijkt te zijn. De ontdekking van deze nieuwe Rembrandt werd gedaan door Dr. Jeroen Giltaij, voormalig hoofdconservator oude schilder- en beeldhouwkunst bij Museum Boijmans Van Beuningen in Rotterdam. Giltaij onthult deze ontdekking in zijn nieuwe publicatie: Het Grote Rembrandt Boek. Alle 684 schilderijen. De oprichting van Jezus aan het kruis werd in 1921 verworven door Abraham Bredius voor zijn eigen verzameling als een werk van Rembrandt.
Hoewel Abraham Bredius bij zijn aankoop in 1921 er ook van overtuigd was dat Rembrandt de maker was van de schets, hebben kunsthistorici de schets later afgeschreven.
Jeroen Giltaij kwam tot de conclusie dat de schets wel degelijk door Rembrandt is vervaardigd.
Na verwijdering van de vergeelde vernislagen en van de 19de-eeuwse overschilderingen, bleek het `handschrift` van Rembrandt nog beter te herkennen.
Daarna werd technisch onderzoek verricht door restaurator Johanneke Verhave van Restauratie Atelier Rotterdam en Petria Noble van het Rijksmuseum. Zij hebben niets geconstateerd dat een toeschrijving aan Rembrandt tegenspreekt.
RKD start crowdfundingsproject voor archiefonderzoek van Bredius
Verveelt u zich tijdens de lockdown? Zoekt u een leuk nieuw project? Misschien kunt u het RKD helpen met het nieuwe project dat zij zijn gestart.
Begin 2021 lanceerde het RKD een crowdfundingsproject om het archiefonderzoek dat Abraham Bredius tijdens zijn leven heeft gedaan online toegankelijk te maken en te indexeren. Dit project zal deel uit gaan maken van Golden Ages een omvangrijk project van Huygens ING.
Bredius heeft tijdens zijn archiefonderzoek behoorlijk veel aantekeningen gemaakt over het leven van Noord-Nederlandse schilders. Deze (vele) aantekeningen zijn normaal gesproken op de studiezalen van het RKD te raadplegen, maar het RKD wil hier verandering in brengen. Ze willen de informatie online beschikbaar stellen.
Om dit doel te verwezenlijken zoekt het RKD naar vrijwilligers die vanuit hun eigen huis metadata willen verzamelen uit de aantekeningen. Het gaat om informatie zoals plaatsnamen, beroepen en persoonsnamen. Lijkt dit jou wat? Kijk dan voor meer informatie of om je in te schrijven op de website van het RKD.
Museum Bredius is 100% Kidsproof
Museum Bredius heeft van de site Kidsproof.nl het keurmerk 100% Kidsproof gekregen! En dat is ook niet zo gek, want er is altijd wat te doen voor kinderen. Kom samen met uw gezin naar Den Haag en ga mee op reis naar de 17e eeuw! De indrukwekkende tentoonstelling In de Ban van de Zee is nu te zien in Museum Bredius. Het toont maar liefst 67 maritieme schilderijen. Met schepen, zeeslagen en strandgezichten. Ieder schilderij heeft zijn eigen verhaal die u samen met uw gezin kunt ontdekken in ons museum!
Kijkwijzer: Museum Monsterboekje
Met de Kijkwijzer Museum Monsterboekje ontdekken kinderen de tentoonstelling In de Ban van de Zee van dichtbij. In de Kijkwijzer staan verschillende opdrachten, van een vissenspeurtocht tot een lichtmatrozen test. Kinderen ontdekken op een speelse wijze de verhalen achter de schilderijen en door het hele museum vind je activiteiten. Zoals de specerijen- geurtesten. Ze maken spelenderwijs kennis met de Hollandse Gouden Eeuw en gaan naar huis als een echte lichtmatroos.
Thuis nagenieten met spannende kinderboeken
Thuis ook nog lekker lang nagenieten van de tentoonstelling In de Ban van de Zee? Neem dan eens een kijkje in ons winkeltje. Wij verkopen 5 verschillende mooie en spannende kinderboeken die passen bij het maritieme thema:
Scheepsjongens van de Bontekoe
Woeste Willem
Boreas en de 7 zeeën
De reis van de Ballerina’s
Paddeltje
Meer weten over de tentoonstelling In de Ban van de Zee klik hier.
In de Ban van de Zee
De Gouden Eeuw van de Nederlandse marineschilderkunst. De Inder Rieden Collectie in Museum Bredius.
Vanaf 10 december toont Museum Bredius in Den Haag 67 maritieme schilderijen uit de verzameling van Anthony Inder Rieden. De Inder Rieden-collectie is één van de grootste privéverzamelingen van 17de-eeuwse maritieme schilderijen ter wereld. Rivier-, oever-, strand- en zeegezichten, maar ook zeeslagen en scheepsportretten geven een prachtig beeld van de Hollandse Gouden Eeuw op het water. Onder de schilders bevinden zich alle grote maritieme namen: Van de Velde, De Vlieger, Van Goyen, Storck, Verbeeck, Backhuysen en natuurlijk Vroom.
De Inder Rieden-collectie bevindt zich in Londen, heeft Groot-Brittannië nooit eerder verlaten en is vanaf december in zijn geheel, exclusief en slechts drie maanden, te zien in Museum Bredius in Den Haag. Bij de tentoonstelling wordt een vierdelige wetenschappelijk onderbouwde catalogus uitgegeven waaraan 14 jaar is gewerkt. Saillant detail: voor de catalogus onderzocht een meteoroloog de gehele collectie op de in de schilderijen uitgebeelde weersgesteldheid.
Historische momenten
De collectie Inder Rieden, opgebouwd vanaf 1981, wordt gekenmerkt door een enorme diversiteit aan thema’s, sferen en verhalen. De gehele 17de eeuw, de gouden eeuw van de Nederlandse scheepvaart, is in de bijna 70 schilderijen terug te vinden.
Op de drempel van die nieuwe eeuw schilderde Andries van Eervelt Defeestelijke terugkeer van de Tweede Schipvaartnaar de Indische Archipel. Deze expeditie (naar onder meer Ambon en de Banda Eilanden) zou het fundament leggen voor de latere handel met Zuidoost-Azië en de oprichting van de VOC. Van Eervelt schilderde vier van de acht driemasters die terugkeerden: de Vrieslant, de Hollandia, de Overijssel en de Mauritius. Op de achtergrond is Amsterdam te zien waar, volgens overlevering, op 19 juli 1599 de kerkklokken luidden ter verwelkoming van de schepen.
Een ander historisch moment aan het begin van de 17de eeuw was de Slag bij Gibraltar in 1607. In die zeeslag versloegen 26 kleinere Hollandse schepen de gehele Spaanse vloot van 21 schepen, waaronder tien van hun grootste galjoenen. De slag leidde tot de onderhandelingen die het Twaalfjarig Bestand (1609-1621) zouden inluiden. Cornelis Verbeek schilderde de slag in c. 1623 en toont op het kunstwerk de tactiek van de Hollanders: met twee kleinere schepen nader je het enorme Spaanse galjoen om het daarna te enteren en te overmeesteren. Rechts is de rots van Gibraltar te zien. Bijzonder is het formaat van dit werk: 12 x 32,5 cm. Zéér klein vergeleken bij de enorme versie van dezelfde gebeurtenis die in Het Scheepvaartmuseum in Amsterdam te bewonderen is (Cornelis van Wieringen, De Slag bij Gibraltar, 1.80 x 4.90 m).
Even opgewonden waren de Amsterdammers precies 90 jaar later toen de tsaar van Rusland een bezoek bracht aan hun stad. De hoogtijdagen van de Republiek waren voorbij maar Peter de Grote wist precies waar je nog steeds het beste het vak van scheepsbouwer kon leren: in Zaandam. Daarom verbleef hij enkele maanden in ons land, een bezoek dat de geschiedenis in zou gaan. Op 1 september 1697 werd op het IJ een spiegelgevecht voor de vorst gehouden, een schijngevecht tussen eigen schepen, dat vaak werd opgevoerd als eerbetoon aan hoge bezoekers. Op het scheepje met de wit-blauw-rode vlag bevindt zich waarschijnlijk de roemruchte tsaar zelf.
Vrouwenspoelerij
Eén van de grootste strandgezichten uit de 17de eeuw bevindt zich eveneens in de Inder Rieden-verzameling: Het Strand bij Scheveningen van Jan van Goyen uit 1642 (1.30 x 1.90 m). Van Goyen besteedde bijzonder veel aandacht aan de compositie van de verschillende groepjes mensen en individuen die het werk grote diepte geven. Net als vandaag de dag trokken ook in het midden van de 17de eeuw bij mooi weer alle rangen en standen naar de zee. Vissers halen hun buit binnen, Scheveningers zitten op het strand bij elkaar maar er is ook een sjieke koets te zien, getrokken door zes paarden. Een destijds geliefde traditie -vooral in de maand mei- is ook geschilderd: ‘vrouwenspoelerij’. Een man pakte zijn liefje onverwacht op, droeg haar de zee in en nadat zij nat was geworden, rolde hij haar van het duin en smeerde haar in met zand. Aan de hand van haar reactie moest hij vervolgens peilen hoezeer zijn ‘acties’ wel of niet werden gewaardeerd. De geschiedenis van dit schilderij moet zeker worden genoemd: het hing ooit op Highclere Castle (bekend van Downton Abbey) en was in het bezit van de Earls of Carnarvon (bekend van de ontdekking van het graf van Toetankhamon in 1922).
Choiseul en Rothschild
Nog een illustere eigenaar van één van de schilderijen in de collectie Inder Rieden was Etienne-François Marquis de Stainville, Duc de Choiseul, de invloedrijke Minister van Buitenlandse Zaken onder Lodewijk XVI. Daarna was het doek meer dan 100 jaar in de collectie van de Britse familie Rothschild. Op de strandscène uit c. 1665 van de hand van Ludolf Backhuysen houdt een elegant geklede heer zijn hoed vast zodat deze niet afwaait. Dat is nodig want er staat een straffe wind en, typisch voor de werken van Backhuysen, de zee verderop is onstuimig. Er is hoog water en daarom brengen twee vissers net hun pink op het strand. Backhuysen wordt gezien als één van de voorlopers van de Romantiek vanwege zijn sterke licht- en donker-contrasten die ook op dit werk zijn te herkennen.
Sfeer en atmosfeer
Verzamelaar Inder Rieden is altijd zeer gefascineerd geweest door schilderijen waarop een bijzondere (atmo)sfeer te vinden is. Je moet op een schilderij de zee (bijna) kunnen voelen, horen of ruiken, is zijn mening. Een van zijn favoriete schilders is daarom Hendrick Dubbels, die is vertegenwoordigd met vijf werken in de verzameling, waaronder Riviermonding metvissersschepen. Het sfeervolle werk wordt vrijwel geheel ingenomen door een enorme, dreigende wolkenlucht. Inder Rieden: ‘Er staat heel weinig op, er is een hoop leeg maar in de compositie en lichtwerking is dit werk ongeëvenaard. Voor mij een absoluut topwerk’.
Het strand bij Egmond aan Zee (1644/45) van Simon de Vlieger kan al even atmosferisch worden genoemd. Inder Rieden vroeg aan de Duitse meteoroloog Franz Ossing om alle schilderijen in zijn verzameling te bekijken op de verschillende weersomstandigheden. Wat voor weer is het op het schilderij? Klopt de geschilderde weergave daarvan? Welk seizoen wordt op het werk afgebeeld? Ossing analyseerde het weer op dit strandgezicht als typisch behorend bij de Noorzeekust in de maanden tussen november en januari. ‘Laaghangende cumuluswolken met grijze onderkanten, de horizon alleen zichtbaar door een vage mist. Slappe zeilen en de beweging van de wolken duiden op een zwakke westenwind. (….) De sterke lichte en donkere stralen [komend uit de wolken] worden gewoonlijk waargenomen in lucht met een hoge vochtigheid’. De meteoroloog ontdekte ook dat niet alle schilders altijd de natuur 100% volgden. Op het paneel Een ‘Damloper’ en andere schepen in een harde wind van Abraham van Beijeren uit c. 1645-50 staat inderdaad een flinke bries. De wind waait van links naar rechts (zoals te zien aan de zeilen en de vlaggen) – de wolken drijven echter van rechts naar links. Weerkundig onmogelijk, maar in de compositie kwam het beter uit. Ossing noemt het een ‘verzonnen realiteit’
Verzameling Inder Rieden
Anthony Inder Rieden (1940) is zijn hele leven ‘in de ban van de zee’ geweest. Hij bracht zijn jeugd door aan het strand en de zee bij Haarlem, verhuisde in 1965 naar het buitenland en verzamelt al bijna 40 jaar maritieme schilderijen. Langzaam bouwde Inder Rieden één van de grootste particuliere maritieme verzamelingen ter wereld op. Het was de vader van de huidige kunsthandelaar Willem Jan Hoogsteder, John Hoogsteder, die Inder Rieden op het pad van dit specifieke genre zette. Voor de eerste keer toont Inder Rieden zijn gehele collectie van 67 schilderijen in Den Haag. De tentoonstelling In de ban van de zee zal alleen in het Haagse Museum Bredius te zien zijn. Behalve drie schilderijen in langdurig bruikleen aan musea in Nederland en Duitsland (ook te zien in Den Haag), bevindt de gehele verzameling zich in Inder Riedens huis in Londen en is niet toegankelijk voor publiek.
Bij de tentoonstelling wordt een omvangrijke catalogus uitgegeven in vier delen in cassette, samengesteld door kunsthistorica Gerlinde de Beer. Uitgeverij Primavera Pers (Leiden), prijs circa € 150.
Museum Bredius
Toen Abraham Bredius ruim negentig jaar oud in 1946 overleed, liet hij de gemeente Den Haag zijn hele collectie van meer dan 200 schilderijen na. Bij zijn vertrek naar Monaco in 1924 had hij zijn grote huis op de Prinsengracht 6 in Den Haag al tot museum gemaakt. Tot 1985 was daar zijn verzameling schilderijen, tekeningen, antieke meubelen, zilver, kristal en porselein voor iedereen te bezichtigen. Na de sluiting van het museum ging de collectie in depot, maar op initiatief van een aantal Haagse kunstliefhebbers en met steun van sponsoren kon in 1990 Museum Bredius, nu aan de Lange Vijverberg 14, opnieuw zijn deuren openen.